Vanavond, toen ik naar de zonsondergang boven de bergen keek, zag ik ineens iets boven mijn hoofd fladderen, en : plof, een zwaluw zeeg neer op zijn, ondertussen zwaargehavende nest. Hij ging gelijk zijn vleugels zitten verzorgen, want hoeveel kilometers had hij er al opzitten ? 3000 ?
Hij is wel erg vroeg dit jaar, want vóór half maart hebben we hem zelden terug zien komen.
Twee ochtenden geleden hoorde ik, voor het eerst dit jaar, een merel zingen. De mussen kwetteren dat het een aard heeft , de hop maakt zijn rondjes boven onze tuin en de duiven zitten te flirten op een afgewaaide tak van een cypres. De amandelbomen en de loquats hebben al gebloeid en nu is het de beurt aan de pruim- en laurierboom. Omdat ik weer eens te laat ben met het snoeien, produceren de rozen alweer nieuwe bloemen.
Vreemd is dat, om me te realiseren, dat het voor mij in mijn leven de 65ste keer is, dat ik dit lenteritueel meemaak. En lang daarna, als ik het zelf niet meer kan registreren, zal het doorgaan.
Ik las een paar jaar geleden een interview met iemand, die wist dat hij binnenkort dood zou gaan, en wat hij zei, maakte diepe indruk op mij: "Als ik er niet meer ben, bestaat de wereld niet meer."
Daar moest ik lang over nadenken. Als ik er niet meer ben, dan is de wereld er toch nog steeds ? Maar als er geen mensen zouden zijn, met hun bewustzijn waarmee ze de wereld waarnemen, bestaat hij inderdaad niet. Dus ben ik het gaan geloven. Of het een troost is weet ik nog niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten