vrijdag 20 maart 2009

Het 'Frankrijk-gevoel'.

Het is vroeg in de morgen in Menton en ik loop langs de boulevard op weg naar de tennisclub, waar ik om 8.45 uur mijn single moet spelen. De ochtendzon schittert op het water, de branding spoelt zachtjes aan op de keitjes die mee teruggezogen worden de zee in, en de palmen wuiven in de wind. Op de avenue, landinwaarts, hangen de sinaasappeltjes nog aan de bomen, de mimosa bloeit uitbundig en de plantenbakken staan vol met lentebloemen. Bij de boulangerie staan de mensen in de rij om dat heerlijk geurende, verse, brood te kopen voor hun ontbijt en de terrasjes zitten al vol met mensen, die hun eerste kopje koffie van de dag genieten. Wat is dat toch met Frankrijk dat je onmiddellijk voelt dat het leven hier anders is ?
Iedere dag denk ik dat ik mijn tenniswedstrijd wel zal verliezen, want ik ken mijn tegenstanders, maar deze week ben ik eindelijk zover dat ik niet meer nerveus word en gewoon in  praktijk breng waar ik al zoveel jaren voor getraind heb. "I love it when a plan comes together", zei Hannibal al van 'the A-team' en zowaar schoot me die zin te binnen na weer een gewonnen partij.
Op mijn vrije dag besluit ik naar het Jean Cocteau Museum te gaan. Op de middelbare school had ik op mijn Franse literatuurlijst nog  zijn "Les enfants terribles" staan. Vaag staat me bij, dat het verhaal over een broer en zus gaat, die aan de verdovende middelen ( opium?) verslaafd raken. Het museum ligt aan zee in een oud fort en wat er te zien is bestaat eigenlijk uit een collectie van een verzamelaar.Veel centaurs op eenvoudige schetsen, een oude brief, foto's van hem samen met beroemdheden zoals Picasso, de bekende acteur Jean Marais die zijn vriend was, en nog enkele memorabilia.

Na een week van prachtig weer en het winnen van de finale word ik opgehaald door vrienden, die een 'Mas' bezitten in Roquefort les Pins bij Valbonne om daar nog een dag door te brengen. Vorig jaar moesten ze hard werken toen ik daar was, maar nu hebben ze toevallig het weekend vrij. We gaan die avond naar Mougins om te dineren. Het is jammer dat het donker is, want het ligt hoog op een berg en van daaruit heb je een prachtig uitzicht over de kust, maar de  lichtjes in de verte zijn ook mooi.
De volgende dag word ik getrakteerd op een rit door de bergen over smalle, kronkelige bergweggetjes met diepe afgronden aan één kant. We passeren een plek waar tientallen hanggliders boven grote dieptes zweven, ik krijg er acuut hoogtevrees van.
In de verte zien we de besneeuwde toppen van de Alpes Maritimes, maar voor we daar aankomen  slaan we af en rijden over een met keien bedekte, kale vlakte, die zeer afsteekt bij de rest van het landschap. Vóór de lunch lopen we door het
schilderachtige kasteeldorpje St. Paul de Vence, dat beroemd is geworden door o.a. Picasso, die daar een atelier had. We passeren het bekende restaurant "La colombe d'or" met dure auto's voor de deur, zoals een zeldzame Rolls Royce en slenteren wat door het dorpje. Omdat het zondag is zou het heel druk moeten zijn, maar dat is het niet. Alle galerieën zijn zonder klanten en op alle straatjes is het erg rustig. Een teken dat de kredietcrisis ook hier heeft toegeslagen.

Na de lunch rijden we weer terug naar de 'Mas' waar we enthousiast begroet worden door de zeven jachthonden, twee ouders en vijf puppies, van de familie.
Na een heerlijk diner is het helaas weer tijd om terug te vliegen naar Spanje. 
Daar is het ook mooi, maar toch... niet zo mooi als in Frankrijk.