maandag 21 november 2011

vuilnis in Spanje


Ons weggetje 

Onze oude reserve-ijskast ging teveel stroom gebruiken, dus wilden we hem wegdoen.
Als je grootvuil hebt in onze gemeente moet je dat melden bij het politiebureau. Daar vertellen ze je op welke dag je het bij de weg moet zetten en dan wordt het opgehaald. Zo gezegd, zo gedaan. De ijskast werd meegenomen, maar ondertussen had onze buurman er gauw wat bijgezet, de slimmerik, maar dat hebben ze laten staan.
Verderop op ons weggetje staan twee vuilnisbakken, die iedere dag door de vuilnisdienst worden geleegd. Tot ons verdriet liggen echter de dingen die de mensen ernaast gooien er soms weken of maanden later nog. De Duitser, in zijn protserige paleis er tegenover, moet zich wel de haren uit zijn hoofd trekken over de manier waarop zijn uitzicht bedorven wordt en dan hebben we het nog niet eens over de stank. 

In de vele jaren, dat we in Spanje wonen hebben we gezien hoe er hier met vuilnis wordt omgegaan.
In Mallorca woonden we in een mooie vallei aan zee. Vuilnis werd er niet opgehaald. Waar de weg van Sóller afboog naar Deià, boven op de pas, werden na een aantal jaren vuilnisbakken neergezet, omdat vele bewoners daar hun vuil reeds deponeerden, al of niet in zakken. Zelfs toen er bakken stonden mikten de mensen hun zakken, uit luiheid, gewoon uit hun autoraampje. Het was geen wonder dat zich daar al spoedig een legertje zwerfkatten vestigde, die de zakken open krabden om naar voedsel te zoeken. Er waren zelfs mensen die expres hun zak op de grond zetten voor dat doel.
In de mooie natuur, onder een majestueuze amandelboom in een bocht van het weggetje naar ons huis, kwamen de eilandbewoners van heinde en verre om al hun rotzooi juist daar neer te gooien: ijskasten, matrassen, roestige ledikanten,  kapotte stoelen, bouwafval, noem maar op, het lag er( en ligt er waarschijnlijk nog) omdat niemand zich er verantwoordelijk voor voelt.

De laatste jaren zien we enige vooruitgang, omdat de meeste gemeenten plekken hebben opengesteld waar de mensen hun afval gescheiden kunnen weggooien, door speciale bakken voor glas, blik, papier, tuinafval, kleding, etc. neer te zetten. Het nadeel is echter dat je over een auto moet kunnen beschikken en dat de vuilnisophaaldiensten niet altijd de vuilnis ook gescheiden afleveren bij de vuilverwerkingsbedrijven. Maar dat is weer een ander, en ingewikkeld, verhaal over hoe de gemeenten hun budget uitbesteden aan de goedkoopste aanbieder, zodat het vuil  over lange afstanden moet worden versleept en soms gewoon illegaal wordt gestort en in de open lucht verbrand.

Als ik dan zie hoe de huisvrouwen hier iedere dag het stoepje voor hun huis keurig schoonvegen, de boeren hun land netjes bebouwen, maar dat daarbuiten overal in de bermen en onbebouwde landjes het rotzooi zich opstapelt, vermoed ik, helaas, dat de Spanjaarden lijden aan het "Not In My Back Yard"-complex : ieder veegt zijn eigen straatje schoon, voor de andere voelen ze zich niet verantwoordelijk !

zondag 11 september 2011

Oxy shots en wodka tampons



Nou heb ik toch altijd gedacht, dat je alcoholische dranken tot je diende te nemen via de mond. De tijd heeft die gedachte echter achterhaald. Hoezo mond, er zijn toch betere en snellere manieren om stomdronken te worden?

Ik ben nog opgegroeid in de overtuiging, dat dronken worden niet de bedoeling was van een gezellig avondje uit met vrienden. Meewarig keken we dan ook toe als iemand de grens van plezierig aangeschoten had overschreden. Als hij of zij niet meer op zijn benen kon staan, met dubbele tong begon te praten, of nog erger, de hele boel onder kotste werd er gauw een taxi  geroepen. Weg met die handel !

De trend van de laatste jaren is echter andersom. Je moet juist dronken worden en het liefst zo snel mogelijk. Eerst kwamen er berichten over jongeren op het platteland in Nederland die in boerenschuren bij elkaar komen om daar te gaan coma-zuipen. In Spanje is er de laatste tijd veel te doen over de overlast die de jeugd veroorzaakt met hun "botellones". Ze ontmoeten elkaar op straat, op een plein of op het strand en nemen hun eigen flessen drank mee. De bewoners van de rond omliggende huizen klagen steen en been over de herrie en de puinhoop die ze achterlaten.

In de krant van deze week las ik dat er speciale bars zijn waar je oxy-shots kunt bestellen; dat zijn met gas gevulde tubes waarin op wodka gebaseerde alcohol zit, die je moet inhaleren. Efficiënt middel om snel dronken te worden en ze zeggen dat je de volgende dag geen kater hebt ! Op de Balearen ( in Magalluf hadden ze al zeven van die oxy-bars) heeft de regering de shots verboden omdat ze eerst willen onderzoeken wat de risico's voor de gezondheid zijn. Echter geen nood, er zijn nog veel meer mogelijkheden om zonder te drinken, snel dronken te worden ! Je kunt bijvoorbeeld een voetenbad nemen in wodka, een glas wodka in je ogen gieten of opsnuiven via een rietje in je neusgaten. En wat dacht je van een  tampon die je drenkt in wodka om hem daarna, voor vrouwen, in de daarvoor bestemde plaats te deponeren ? O ja, bij mannen stop je die op een plek "where the sun doesn't shine' . Geheid succes !

Het is me toch wat, al die verschillende mogelijkheden ! Toch denk ik dat ik zo meteen, gewoon ouderwets, buiten op het terras een glaasje cava ga drinken. Door de mond...

zondag 24 juli 2011

Moeten de Spanjaarden Engels leren spreken ?


Het is alweer lang geleden dat ik informatrice was bij de Nederlandse Spoorwegen op Utrecht CS.

Het zag er toen heel anders uit dan nu. Het Inlichtingenbureau had ramen die aan de buitenkant uitkeken op het Stationsplein waar de bussen vertrokken, en aan de binnenkant op de stationshal. Zo hadden wij, informatrices, aan de ene kant een prachtig uitzicht op de mensen die voorbij spoedden in weer en wind, en aan de andere kant de loketten en de haastige reizigers op weg naar de treinen. Er waren echter ook mensen die niet op reis gingen, maar dat wel graag zouden hebben gewild. Groepjes buitenlandse gastarbeiders, die heimwee hadden gekregen naar hun geboorteland kwamen regelmatig bij ons binnen om te informeren hoe laat de trein naar Bari ging of naar Thessaloniki. De taalbarrière was echter een probleem en omdat geen van de mannen Nederlands sprak verliep de communicatie nogal moeizaam. Zo herinner ik me mijn collega Mieke, die welwillend de Zuid-Europees uitziende jongeman tegemoet trad aan de balie:
'Speakie greekie?' vroeg hij hoopvol.
'Miekie nie speakie greekie,' zei ze heel adrem.
Gelukkig had ze al een lijstje klaar liggen waarop de vertrektijden stonden van de treinen naar "Saloniki". Misschien dat dat de heimwee een beetje verzachtte.

Later ben ik gaan vliegen en kwam erachter dat het niet voor niets was, dat het vliegend personeel minstens 3 buitenlandse talen moest spreken en bij voorkeur 4. Engels, Frans, Duits was vereist buiten het Nederlands, maar om purser te worden moest je ook nog Spaans leren. Voor de trajecten, waarop bekend was dat de passagiers alleen hun eigen taal spraken waren stewardessen uit dat betreffende land aan boord werkzaam, bijv. Op Tokyo Japanse, op Taipei Chinese, op Bangkok Thaise etc.

Weer een aantal jaren later woonde ik op Mallorca, waar een heel contingent buitenlanders met de meest uiteenlopende nationaliteiten was neergestreken. Toen viel het wel erg op: Engelsen, Amerikanen en Canadezen spraken alleen maar Engels, Duitsers Duits, Fransen Frans en de Mallorquinen alleen maar Mallorquin en, als het moest maar liever niet, Castellano.
Daar zaten mijn man en ik tussen als tolken, want als de groepen elkaar ontmoetten was er een grote spraakverwarring.
Als we dan voorstelden dat iedereen, op zijn minst Castellano zou moeten leren, stuitte dat op grote bezwaren. Ze waren te oud, hadden geen talenknobbel, of...met handen en voeten ging het toch ook wel..??
Het is waar, om een andere taal te leren moet je heel veel tijd en moeite investeren. Op een heel leven moet die tijd toch wel ergens gevonden kunnen worden ?

In de tussentijd is er niet veel veranderd. Een paar weken geleden was er een ingezonden stuk in de Engelstalige Costa Blanca News, waarin een Brit vond dat het tijd werd dat de Spanjaarden allemaal Engels gingen leren. Natuurlijk kwam daar veel commentaar op: dat het andersom moest zijn, want een Spanjaard in Engeland verwacht toch ook niet dat hij te woord zou worden gestaan in het Spaans? Aan de andere kant heeft het voor de Spanjaarden zin om een andere internationale taal te leren,vooral ook omdat de meest gebruikte internationale taal ( nog steeds) het Engels is.
De gemoederen liepen weer eens hoog op en de scheldwoorden vlogen over en weer.

De Spanjaarden moeten natuurlijk niets en de mensen die alleen maar hun eigen taal willen spreken ook niet. Uit ervaring weet ik echter dat het een enorme satisfactie geeft om te kunnen verstaan wat er om je heen gesproken wordt!

woensdag 13 juli 2011

Stiertjes in de straten

Vaak ga ik niet naar het dorp, soms om geld op te nemen bij de bank of om de krant te kopen. Het is er gewoon niet zo interessant en mooi is het ook al niet.
De enige keren dat ik moet is als er weer eens een verzoek uit Nederland, van het pensioenfonds of de Sociale Verzekering Bank, komt om een "bewijs van in leven zijn" officieel te laten ondertekenen. Als je in Nederland woont hoeft dat niet, maar als resident in een ander land is deze bureaucratische handeling verplichte kost. Dus zowel mijn man als ik moeten ieder, twee keer per jaar, naar het gemeentehuis om bij de vredesrechter dit formulier te laten ondertekenen en afstempelen.

Zo ging ik een paar dagen geleden weer op weg naar het stadhuis met zo'n formulier . Het was een heidens karwei om mijn auto te parkeren, want de "fiestas" waren weer aan de gang en dan is de binnenstad afgezet   omdat ze stiertjes loslaten in de straten. Op de trottoirs zijn kooien gezet, waar de toeschouwers kunnen schuilen achter de spijlen. Ik baande me een weg naar de "ajuntament" maar eenmaal binnen was het totaal uitgestorven. Alle bureaus waren leeg, dat kon je zien want de deuren naar alle kamers stonden open. Na enige tijd kwam er een receptioniste tevoorschijn, die mijn formulier in ontvangst nam. Ze keek bedenkelijk, toen ik zei dat ik het zo snel mogelijk terug moest hebben, want ik had een deadline gekregen om het uiterlijk op 18 juli terug in Nederland te hebben. " Ja... zie je," zei ze,"er zijn deze week fiestas dus zal het wel volgende week ( de 18e) worden dat het klaar is." Ik had eigenlijk niets anders verwacht, want als er fiestas zijn, of vakantietijd ( juli en augustus) duurt alles nog langer dan het normaal al doet.

Toen ik uit het gemeentehuis kwam hadden ze net een stiertje losgelaten, die door mannen, vooral jonge, uitgedaagd werd hen aan te vallen. Als het dier dat dan ook deed, renden ze hard weg. Bovenop de kooien zaten de inwoners van Pedreguer met belangstelling te kijken naar het zwoegen van het stiertje, dat al lange slijmslierten uit zijn bek had hangen.

Eigenlijk kan ik het nauwelijks aanzien hoe het arme dier gepest en gesard wordt, maar wie ben ik dat ik als gast in dit land de lokale cultuur bekritiseer? Er hangen tenslotte overal banieren waarin verkondigd wordt dat Pedreguer hartstochtelijk van zijn stieren houdt. Dat geldt niet alleen voor de mensen hier, maar voor heel Spanje. De Spaanse staatstelevisie TVE 1 zendt iedere dag een heel programma uit over de wereldberoemde stierenrennen in de straten van Pamplona tijdens de feesten van San Fermín, die nu plaatsvinden.

's Avonds vertelde de buurman dat een man op de horens was genomen en zodanig verwond was geraakt, dat hij het waarschijnlijk niet zal overleven.
Ik was blij, dat die aanblik me tenminste bespaard was gebleven.

zondag 26 juni 2011

Los Indignados

















Lang moest ik nadenken waar mijn volgende blog over zou moeten gaan. De meeste blogs die over het leven in Spanje worden geschreven gaan over de dagelijkse bezigheden, in en rondom de plaats waar men woont. Hoewel het blijkt dat er grote belangstelling is voor het mooie plaatje uit de omgeving, de dagelijkse temperatuur, het liggen bij het zwembad, het eten van tapas vergezeld van een lekker biertje of een glaasje wijn, kortom de persoonlijke wederwaardigheden, wil ik soms ook de andere kant van Spanje laten zien.

Zo kan men sinds 15 mei 2011 (15M) niet meer om de beweging van "los indignados" , de verontwaardigden, misschien wel geïnspireerd door de "Arabische lente", heen. Het zijn de jongeren, die massaal op de grootste pleinen van de Spaanse steden zijn gaan demonstreren tegen de hoge werkeloosheid van wel 21.3% (en onder de jongeren van 18-25 jaar is dat zelfs 45%) en de zware bezuinigingen die de regering van de socialistische premier Zapatero, noodgedwongen, in opdracht van de EU, heeft moeten doorvoeren. Geen werk betekent geen geld, want op de werkeloosheidsuitkeringen wordt gekort, geen subsidies meer bij hoge huishuren, geen leningen van de banken meer, enzovoort, enzovoort.

Van Spaanse vrienden krijg ik regelmatig verslagen over wat er zich op de pleinen in Valencia en Dénia afspeelt. Ze demonstreren voor meer democratie en vertellen elkaar verhalen, die ze hebben gehoord over de zelfverrijking en frauduleuze praktijken van de heersende politieke elite en hun zakenvriendjes. Een voorbeeld : een hoge politicus van de PP bestelt een beeld als cadeau voor de Paus, die op bezoek komt in Valencia. Hij reserveert een bedrag van 8 miljoen euro, vervolgens geeft hij de opdracht door aan een partijgenoot, die de opdracht weer aan een ander door geeft voor 4 miljoen. Enfin via drie anderen komt de opdracht uiteindelijk bij de beeldhouwer. De kosten voor het maken van het beeld: 8000 € !
Geen wonder dat het publiek verontwaardigd is.

Maar nu komt het merkwaardige. Een week na 15M worden de gemeentelijke- en provinciale verkiezingen gehouden. Je zou denken, dat de mensen niet zouden kiezen voor de heersende elite, al is dat moeilijk omdat je hier niet voorkeursstemmen aan een persoon kunt geven, maar op een partij moet stemmen. Dat de PSOE verliest, omdat ze aan de macht waren toen de economische crisis uitbrak, was niet moeilijk te voorspellen. En hoewel de PP geen enkele oplossing heeft aangedragen om uit de huidige economische malaise te komen, hebben ze de verkiezingen ruimschoots gewonnen. Zo blijft de hoge politicus van de PP uit het bovengenoemde verhaal , die al een proces aan zijn broek heeft gehad wegens het aannemen van "cadeau's" van grote bedrijven, gewoon aan de macht.

De geschiedenis leert dat al deze protestbewegingen vanzelf een zachte dood sterven. Wie weet nog iets van Parijs 1968, of in Nederland de Maagdenhuisbezetting, protestmars tegen de kernraketten en de krakers, die leegstaande panden bezetten uit protest tegen het gebrek aan huisvestingsmogelijkheden ?
In Barcelona en Valencia werd er al gebruik gemaakt van geweld om de bezetters te verwijderen en ik hoorde dat in Dénia de restaurants, bars en winkels zo ondertussen ook wel vinden dat het welletjes is geweest, want ze lijden verlies door de kamperende jongeren voor hun deuren.

Het ziet er op het ogenblik niet zo best uit voor de Spaanse economie. Gelukkig is het seizoen van de"fiestas" weer aangebroken. Zojuist hebben we San Juan en Corpus Christi gevierd met het in de lucht knallen van kostbaar vuurwerk.
Brood en spelen, dat laten ze zich hier in ieder geval niet afnemen !




donderdag 24 februari 2011

Een wandeling in de campo
























Het is eigenlijk verbazingwekkend hoe snel je went aan een omgeving. Zo vind ik het, als Nederlandse, tegenwoordig heel normaal om overal om me heen boomgaarden te zien waar citrusvruchten, amandelen, olijven, johannesbrood, loquat, vijgen en kaki's groeien, afgewisseld door vele verschillende soorten cacteeën en palmen.
Door een kleine operatieve ingreep mag ik twee weken niet tennissen of andere sporten doen, behalve wandelen. Dus pakte ik mijn camera en trok erop uit, ons laantje af. Waar ik anders achteloos aan voorbij ga, probeerde ik nu te bezien door de ogen van iemand die uit het noorden van Europa komt.
Ik woon in een landelijke buurt, waar ieder huis omringd wordt door een flinke lap grond, waarop groenten en fruit verbouwd worden. De bewoners verblijven vaak in de winter in Pedreguer en in de zomermaanden logeren ze in hun huisje op de' campo', zoals ze hier het platteland noemen. Op het land telen ze tuinbonen, uien, erwten, uien, tomaten, pompoenen en kardoen. De laatste plant lijkt een beetje op een artisjok, alleen worden hier de stengels gegeten en niet de blaadjes van de vrucht.
























kardoen

Langs de tuinpaden staan rozen en over de pergola's groeien druiven. In een hok, of aan een ketting waken honden. Overal waar ik langs kom word ik dan ook verwelkomd door dreigend geblaf.
Ik passeer akkers, sinaasappelbomen, palmen en in de vallei bloeien de laatste amandelbomen; een prachtig gezicht zoals ze afsteken tegen het blauw/grijze decor van de bergen aan de horizon. Een idyllisch plaatje en ik geniet. Dan zie ik voor mij, tussen de bomen door, iets waar ik ik altijd door verstoord raak: een urbanisatie op de berg Monte Solana.



















Monte Solana

Toen wij hier vanuit Mallorca, nu al weer bijna 13 jaar geleden, kwamen wonen stonden daar moderne, los van elkaar staande, villa's meestal bewoond door Duitsers. Die zijn namelijk dol op het woordje 'zeezicht' en inderdaad, vanaf de berg is in de verte een streepje blauw te zien. Omdat de helling behoorlijk steil is, worden die bouwsels op grote betonnen bakken gezet, die van onderen af gezien op enorm lelijke witte puisten lijken. In onze tuin wordt het zicht op de urbanisatie weggenomen door hoge bomen, maar dat wil nog niet zeggen dat het dan ook niet bestaat. Nu ik er weer eens onder stond zag ik dat ze tussen die villa's blokken schakelwoningen hebben gebouwd. Echt, ik gun iedereen een plekje in de zon, maar wat vind ik het aangezicht van die betonblokken een enorme afknapper! Ik moet er niet aan denken te moeten wonen in zo'n fantasie- en sfeerloze verzameling cement. Geen winkels, bars of restaurants te bekennen waar je elkaar zou kunnen ontmoeten; trouwens in het dorp beneden leven de mensen nog steeds alsof die duizenden nieuwe inwoners helemaal niet bestaan.
Peinzend liep ik terug naar huis. Tussen twee dicht op elkaar staande huizen begint ons weggetje. net breed genoeg om één auto door te laten, nog een overblijfsel uit het boerenkarrentijdperk. Boven me hangen de telefoonlijnen die elkaar volkomen planningloos kruisen. Aan de elektriciteitsmeterkastjes hangen vaak de deurtjes open, wat me niet geheel ongevaarlijk lijkt. Tegenover het Duitse protserige roze huis met de klassieke pilaren staan vuilnisbakken met daarnaast de gebruikelijke afgedankte ijskasten, televisies, kapotte bankstellen en matrassen.Vaak komen de mensen uit een ander dorp om het daar te deponeren, zodat niemand hen herkent. Ik zie ook wel eens kleine vrachtauto's stoppen om clandestien hun bouwafval te storten.
Jammer maar waar. Een mooie foto-reportage met zwerfvuil erop zou ik iedere dag kunnen maken, maar daar doe ik maar weinig mensen een plezier mee, denk ik.
Bovendien... de zon schijnt, de vogeltjes zingen en hier en daar fladdert al een vlinder rond.
De lente is begonnen !

zondag 20 februari 2011

Zeezicht met boortorens

Vaak realiseer ik me dat het wel erg makkelijk is om vanuit je comfortabele leunstoel kritiek te leveren op politieke beslissingen, die vaak genomen moeten ( ?) worden terwijl er onder de burgers geen enkel draagvlak voor is.
Zelf maak ik me al jaren druk over de milieuvervuiling, zoals de toename van de pollutie in de lucht ( Madrid en Barcelona hebben de meest vervuilde lucht van alle steden in Europa,) het water, zicht en geluid. Hoeveel demonstraties tegen de aanleg van snelwegen door natuurgebieden, het installeren van kernraketten, het uitbreiden van kerncentrales, het opnieuw opstarten van kolenmijnen, het bouwen van windmolens en boorplatforms in de zee, het boren naar gas, etcetera, zijn er al wel niet tijdens mijn leven geweest ? Voor één week geeft het aan de demonstranten misschien het idee dat men iets positiefs heeft kunnen bijdragen aan de besluitvorming. Dat de regering daarna een besluit neemt dat geheel indruist tegen de wil van de actievoerders, is ondertussen geheel normaal geworden.
Eén van de oorzaken van de tegenstrijdige belangen is, denk ik, de combinatie van : 1e) toename van welvaart en 2e) de explosieve groei van de wereldbevolking. In mijn tijd ( o, o, ik lijk mijn grootouders wel) liepen we overal naar toe of gingen op de fiets. Als het erg ver was, of als het regende of sneeuwde, met de bus. Nu moet ieder kind naar school gebracht en gehaald worden met de auto, het liefst nog een SUV, en als ze 16 jaar oud zijn krijgen ze een eigen auto. Op vakanties gingen we in eigen land naar de speeltuin of naar het lokale zwembad of strand. Nu moet iedereen een paar keer per jaar met het vliegtuig, een weekendje naar Valencia, een paar dagen de sfeer opsnuiven van Marrakech, winkelen in Milaan, of snowboarden in de Franse Alpen. Het is bijna nog goedkoper om naar Miami of Singapore te vliegen, dan eerste klas per trein te reizen van Amsterdam naar Groningen en weer terug.
Zelf weet ik al niet meer waar ik heen moet om zuivere lucht te kunnen inademen of echte stilte te horen. Ik droom van een uitzicht waar geen lelijke urbanisaties of industrieterreinen mijn uitzicht komen bederven, waar er geen disco's zijn die mijn nachtrust verstoren of een plek waar je niet altijd dag-en -nacht op snelwegen-racende auto's hoort. Er schijnen nog ergens in de uithoeken van de Stille Zuidzee eilandjes te bestaan die nog niet ontdekt zijn omdat ze te afgelegen liggen, maar voor hoe lang nog ?
De gevolgen van al die verplaatsingen en het toenemende verbruik van energie zijn niet moeilijk te raden. In plaats van naar oplossingen te zoeken die het gebruik ervan terugdringen, wordt er naarstig gezocht naar nieuwe olie- en gasbronnen.
Ik kom hierop omdat ik onlangs in de lokale krant een artikel las, dat het Ministerie van Milieu van de autonome deelregering van Valencia van plan is toestemming te geven aan een multinational 'Cairn Energy', die gezeteld is in Edinburgh, om aan de Costa Blanca tussen Valencia en Gandía naar petroleum te gaan boren. De boortorens zullen 110 meter hoog zijn en 4 kilometer uit de kust liggen. Dat wil zeggen dat ze zelfs vanuit Denia te zien zullen zijn. Behalve dat er één pal voor het natuurgebied Albufera komt te liggen, wat grote consequenties zal hebben voor het ecosysteem van het hele gebied, zal het ook grote invloed hebben op de verkoop van de huizen die op de berghellingen zijn gebouwd. Het bordje van de makelaar : 'uitzicht op zee' ( al is het slechts een blauw streepje in de verte), zal toch door een inventievere tekst moeten worden vervangen.























Hoe het was en hoe het zal worden.. Arme zeehond, hij weet niet wat hij ziet !!

Welke windmolens zijn mooier ? Welk zeezicht zien we liever ?
Kunnen we nog kiezen of zijn we 'the point of no return' allang voorbij ?